top of page

Vergelijkingsopdracht

Perspectief

  1. Beschrijf het perspectief van de beide boeken, en geef uit elk boek twee citaten om je antwoord te illustreren (in totaal vier citaten).

  2. Wat is het effect van beide perspectieven op jouw lezerservaring?

  3. Welk boek vind je het leukst, als je kijkt naar het effect van het perspectief? Leg uit.

Motieven & thema

  1. Beschrijf uit beide boeken een motief, geef twee citaten (in totaal dus vier citaten) waarin dat motief terugkomt.

  2. Koppel het motief aan het thema van het boek.

  3. In welk boek vind je de koppeling motief-thema het best? Leg uit.

Sleutelfragment

Een sleutelfragment is een moment in het boek waarin een belangrijke wending plaatsvindt, vaak is het sleutelfragment te koppelen aan enkele belangrijke thema’s uit het boek.

  1. Geef een citaat van het sleutelfragment uit beide boeken.

  2. Waarom heb je deze fragmenten aangeduid als sleutelfragment? Geef per boek een motivatie.

  3. Vergelijk beide sleutelfragmenten met elkaar. Valt je iets op aan jouw keuze? Komen de fragmenten in essentie overeen met elkaar, of juist niet? Leg uit.

Vraag aan de auteur

Auteurs maken bewuste keuzes in hun boeken. Niets is toeval: de auteur kiest voor wat de hoofdpersoon voor soort personage is, voor het perspectief, voor wat je wel en niet te weten komt, welke motieven en thema’s van belang zijn etc. Welke keuze de auteur maakt, is vaak afhankelijk van wat de schrijver met het boek wil bereiken: een spannend boek schrijven, een maatschappelijk thema bespreekbaar maken, kritiek hebben op iets, noem maar op. Om hierachter te komen, is het vaak handig om contextinformatie op te zoeken: een recensie uit het jaar dat het boek is verschenen bijvoorbeeld, informatie over (het leven van) de auteur of informatie over boeken van de auteur.

  1. Als je nu vragen mocht stellen aan de auteurs van beide boeken: welke twee vragen zouden dat zijn? Eén vraag per boek dus.

  2. Licht de vragen toe: waarom heb je deze vraag? Koppel de vraag ook aan wat jij denkt dat de bedoeling van dit boek is van de auteur, betrek hierbij opgezochte contextinformatie.

 

Literatuuropvatting

Aan het einde van 6-vwo moet je tijdens de leeskring in staat zijn jouw literatuuropvatting te beschrijven. Hierbij moet je in staat zijn iets te zeggen over wat jij een goed boek vindt en waarom, gebruikmakend van verschillende literaire begrippen.

  1. Beschrijf jouw huidige literatuuropvatting: wat vind je een goed literair boek, en wat niet?

  2. Welk van de twee boeken voldoet het meest aan jouw literatuuropvatting? Met andere woorden: welk boek heeft in jouw ogen de meeste literaire kwaliteit? Leg uit.

Boven je opdracht moet staan:

  • De titel van de boeken + de naam van de auteur + jaar van eerste uitgave

  • Een korte samenvatting van het verhaal (max. 250 woorden) zelf geschreven, dus niet letterlijk van het internet of van de achterkant van het boek. Voor beide boeken één korte samenvatting.

 

De opdracht moet in totaal (incl. samenvattingen, maar excl. citaten) minstens 1000 en maximaal 1750 woorden bevatten.

 

Website gemaakt door docenten Nederlands van het Kaj Munk College

Voor meer informatie over het

Kaj Munk College, ga naar: www.kajmunk.nl

© 2023 by HENGST. Proudly created with Wix.com

  • Facebook Clean
  • White Google+ Icon
  • Flickr Clean
bottom of page